Aanpassing Gedragscode in verband met Beleidsregels gunstbetoon Gnw

De Beleidsregels gunstbetoon Gnw zijn per 1 april 2018 aangepast . Om ervoor te zorgen dat de Gedragscode in lijn is met de Beleidsregels, wordt ook deze – na overleg met de IGJ – per 1 juli 2018 aangepast. Daarnaast wordt een aantal kleine wijzigingen doorgevoerd in Gedragscode en Reglement.
Uitspraak ingezonden door Mark van Gardingen en Paul Marcelis, Brinkhof.
Ook secundaire indicia zijn geen aanwijzing voor inventiviteit

Hof Den Haag 27 februari 2018 (na correctie ex 31 Rv), IEF 17736, LS&R 1618; ECLI:NL:GHDHA:2018:4021 (Medac tegen Accord) Octrooirecht. In het kort: Accord is producent generieke geneesmiddelen, en heeft een vergunning voor methotrexaat 50mg/ml. Medac is houdster van EP2046332 voor geconcentreerde methotrexaatoplossingen). De vakman zou zonder inventieve denkarbeid tot verhoging van de concentratie van MTX-oplossing komen. De rechtbank vernietigt het Nederlandse deel van het octrooi omdat het niet inventief is. Medac heeft drie secundaire indicia die aanwijzing zouden vormen voor de inventiviteit: de uitvinding ging tegen de algemene vakkennis in, de concentratie 25mg/ml bestond al vele jaren en de uitvinding heeft een groot commercieel succes. De grieven falen. Het Hof bekrachtigt het vonnis [IEF 16148] waarvan beroep.
Uitspraak ingezonden door Rutger van Rompaey, IP-Atelier.
Octrooi vertical farming niet inventief

Rechtbank Den Haag 30 mei 2018, IEF 17725; LS&R 1617; ECLI:NL:RBDHA:2018:6242 (Plantlab tegen Wilk van der Sande en Bosch Inveka) Octrooirecht. Octrooi NL2002091 niet inventief. Bosch Inveka en Wilk van der Sande waren gelieerde vennootschappen die zich bezighielden met bouw en verwarming voor de tuinbouw, nu gefuseerd tot Certhon. PlantLab heeft voor Croppings een methode voor Vertical Farming ontwikkeld, dit werd in het vakblad Onder Glas toegelicht in september 2008. Op 13 oktober 2008 is een octrooi-aanvraag gedaan. Anders dan Certhon meent, zijn de daarop volgende werkwijzeconclusies daarentegen wel nieuw. Het octrooi is - op basis van het genoemd artikel in combinatie met algemene vakkennis echter niet inventief.
Rectificatie beschuldiging fraude en het niet voldoen aan de medische regels door cosmetisch chirurg

Vzr. Rechtbank Den Haag 17 mei 2018, IEF 17723; LS&R 1616; ECLI:NL:RBDHA:2018:5798 (cosmetisch arts tegen beautysalon) Mediarecht. Samenwerking tussen cosmetisch chirurg en beautysalon geëindigd na geschil over klantenbestand. Saloneigenaar heeft beschuldigingen geuit aan adres van cosmetisch chirurg op website en via nieuwsbrief. Beschuldigingen vinden geen dan wel onvoldoende steun in feitenmateriaal en zijn zeer schadelijk voor reputatie cosmetisch arts. Verbod uiten beschuldigingen en verplichting tot rectificatie via nieuwsbrief en op website.
Vragen gesteld aan HvJ EU over slechts levering van grensoverschrijdende verstrekking van geneesmiddel uit een van de twee categorieën

Prejudicieel gestelde vragen aan HvJ EU 8 maart 2018, LS&R 1615; zaak C-222/18 (VIPA) Verzoekster (VIPA) is een onderneming die een apotheek exploiteert. Verweerder (landelijk instituut voor geneesmiddelen en voedselveiligheid) heeft verzoeksters geneesmiddelenverstrekking gecontroleerd. Het ging hierbij o.a. om de verstrekking van aan medisch recept onderworpen geneesmiddelen. De Hongaarse regelgeving kent twee soorten medische recepten: het doktersvoorschrift en het bestelformulier. Verweerder stelde dat de verstrekking van aan medisch recept onderworpen geneesmiddelen via een bestelformulier in 25 gevallen onrechtmatig was, aangezien die formulieren waren uitgeschreven door MAIC-medical services (Verenigd Koninkrijk) en Dr. Thomas Neufeld (Oostenrijk).
Uitspraak ingezonden door Rogier de Vrey, CMS
Inventarisatie en vertaling naar schema van medisch objectieve gegevens geen beschermd werk van wetenschap

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 16 mei 2018, IEF 17720; LS&R 1614 (X tegen Amgen) Geen auteursrechtinbreuk. X heeft een wetenschappelijk artikel geschreven over Familiaire Hypercholesterolemie (FH). In dat artikel is een schema opgenomen aan de hand waarvan een score kan worden berekend waarmee een diagnose kan worden gesteld. Het schema en de FH score dienen ter ondersteuning van een exactere diagnose bij personen met een verhoogd risico op FH. Amgen heeft een folder gemaakt ter promotie van een website met de domeinnaam fhscore.eu. De folder en website bevatten informatie over FH. X stelt dat Amgen delen uit een door hem geschreven onderzoek heeft openbaar gemaakt voor commerciële doeleinden en daarmee inbreuk maakt op zijn auteursrechten. X heeft medisch objectief relevante gegevens geïnventariseerd en vertaald naar tabellen en scores ten einde gerichter de diagnose FH vast te kunnen stellen. Daarbij was voor het toepassen van eigen smaak, voorkeur, gewoonte of persoonlijke visie, geen, dan wel niet of nauwelijks plaats. Het artikel, schema en FH score zijn geen auteursrechtelijk beschermd werk van wetenschap.
Geclausuleerde toewijzing van inzage in medisch dossier overleden zoon

Hof Arnhem-Leeuwarden 15 mei 2018, LS&R 1613; ECLI:NL:GHARL:2018:4396 (obductieverslag overleden zoon) Moeder van in het ziekenhuis overleden jongeman vordert op grond van 843a Rv afgifte van het medisch dossier en het obductieverslag betreffende haar zoon van het ziekenhuis en twee betrokken artsen. Het ziekenhuis en de artsen weigeren afgifte. Zij beroepen zich op hun geheimhoudingsplicht. Anders dan de rechtbank, acht het hof de vordering (geclausuleerd) toewijsbaar.
Alleen geneesmiddelen die de AV-status hebben op de IFA-prijslijst kan er voor de berekening van de maximumprijs worden afgeweken
CBb 30 maart 2018 , LS&R 1612; ECLI:NL:CBB:2018:166 (Novartis tegen Minister voor Medische Zorg) Maximumprijs vaststelling geneesmiddel Gilenya-capsule. Voor de eenenveertigste maal geactualiseerd is de bijlage geactualiseerd en daarbij onder meer de maximumprijs voor het geneesmiddel Gilenya-capsule 0,5mg van de productgroep Fingolimod-0.5-mg-capsule vastgesteld op € 60,54136500 per stuk. Appellante heeft aangevoerd dat het bij de berekening van de maximumprijs betrekken van geneesmiddelen die feitelijk niet beschikbaar zijn in strijd is met de artikelen 34, 35 en 36 VWEU. Alleen als geneesmiddelen op de IFA-prijslijst de AV-status hebben, hetgeen betekent dat zij permanent uit de handel zijn, kan van deze informatie worden afgeweken. Als afwijking van deze informatie al mogelijk is, dan geldt in ieder geval dat voor geneesmiddelen zonder AV-status moet worden aangetoond dat de voorraad van het geneesmiddel definitief is uitgeput en het geneesmiddel permanent uit de verkoop is genomen. Beroep wordt afgewezen.
ACM Visie & opinie - Lagere medicijnprijzen hoeven innovatie niet in de weg te staan

Minister moet maatschappelijk rendement leidend maken bij vaststelling medicijnprijs. Het verlagen van de prijzen voor dure innovatieve geneesmiddelen kan juist bevorderlijk zijn voor de innovatieprikkels. Dit staat in schril contrast met hoe er tot nu toe over hoge medicijnprijzen wordt gediscussieerd.
Vaak als er een nieuw medicijn aanklopt op de poort van het basispakket hebben we dezelfde discussie. De prijzen zijn enorm hoog, er ontstaat ophef, ziekenhuizen en verzekeraars klagen steen en been, patiënten hopen er het beste van, maar uiteindelijk betalen we vrijwel altijd. De discussie rond het middel Spinraza, voor mensen met een zeldzame spierziekte, is exemplarisch. Lees verder
Uitspraak ingezonden door Armand Killan, Bird & Bird.
Geen dreigende schade in Nederland op nog niet verleend octrooi, geen locus damni

Vzr. Rechtbank Den Haag 15 mei 2018, IEF 17700; LS&R 1609; ECLI:NL:RBDHA:2018:5809 (Boston Scientific Scimed tegen Edwards Lifesciences Corporation) Octrooirecht. Vordering: gedaagde dient brief aan EOB te sturen met verzoek tot opheffing van de schorsing van de verleningsprocedure in een aangevraagde divisional EP 006 A. Artikel 6 aanhef en onder e Rv (jo artikel 13 Rv). Voorzieningenrechter is niet bevoegd van de vordering kennis te nemen. Geen (dreigende) schade in Nederland. Overigens ontbreekt de vereiste nauwe band tussen de vordering van eiseres en Nederlands grondgebied en is de vordering van eiseres grensoverschrijdend van aard, terwijl de voorzieningenrechter o.b.v. artikel 6 aanhef en onder e Rv niet grensoverschrijdend bevoegd is.