LS&R 2245
17 juni 2024
Artikel

Fly me to the moon – het nieuwe Versneld Regime Octrooizaken

 
LS&R 2243
7 juni 2024
Artikel

Laatste plekken: Nederlands Octrooi Congres - 11 juni 2024

 
LS&R 2241
3 juni 2024
Artikel

Vacature Simmons & Simmons: Advocaat-stagiaire IP / Life Sciences

 
LS&R 1783

Terugbetalingsregeling van Boehringer Ingelheim is ontoelaatbaar

Rechtbank Midden-Nederland 29 jan 2020, LS&R 1783; ECLI:NL:RBMNE:2020:295 (Novo Nordisk tegen Boehringer Ingelheim), https://lsenr.nl/artikelen/terugbetalingsregeling-van-boehringer-ingelheim-is-ontoelaatbaar

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 29 januari 2020, LS&R 1783, RB 3378; ECLI:NL:RBMNE:2020:295 (Novo Nordisk tegen Boehringer Ingelheim) Novo Nordisk en Boehringer Ingelheim zijn producenten van geneesmiddelen en brengen allebei geregistreerde geneesmiddelen voor de behandeling van diabetes type 2 op de Nederlandse markt. Het draait in deze zaak om de beantwoording van de vraag of de terugbetalingsregeling van Boehringer Ingelheim toelaatbaar is. Geoordeeld wordt dat dit niet zo is. De terugbetalingsregeling van Boehringer Ingelheim moet worden aangemerkt als reclame in de zin van de Geneesmiddelenwet. Het is op grond van artikel 84 lid 3 Geneesmiddelenwet verboden om reclame te maken die het rationele gebruik van een geneesmiddel niet bevordert wegens het ontbreken van een objectieve voorstelling van zaken. Boehringer Ingelheim heeft onvoldoende aannemelijk gemaakt dat hun reclame is gebaseerd op rationele gronden, waardoor hun reclame over de terugbetalingsregeling ontoelaatbaar is.

LS&R 1782

HvJ EU verduidelijkt criteria farmaceutisch octrooi in mededingingsrecht

Hof van Justitie EU 30 jan 2020, LS&R 1782; ECLI:EU:C:2020:52 (Generics UK e.a.), https://lsenr.nl/artikelen/hvj-eu-verduidelijkt-criteria-farmaceutisch-octrooi-in-mededingingsrecht

HvJ EU 30 januari 2020, IEF 18991, LS&R 1782, IEFbe 3032; ECLI:EU:C:2020:52 (Generics UK e.a.) De Competition Appeal Tribunal heeft het Hof een prejudiciële vraag gesteld over de wettigheid van een besluit van de Competition and Markets Authority betreffende overeenkomsten tot schikking van een octrooigeschil gericht aan een aantal fabrikanten van generieke geneesmiddelen en aan de farmaceutische groep GlaxoSmithKline (hierna: GSK). Samenvattend gaan de vragen over de criteria aan de hand waarvan beoordeeld kan worden of een overeenkomst tot schikking van een geschil tussen de houder van een farmaceutisch octrooi en een fabrikant van generieke geneesmiddelen in strijd is met het mededingingsrecht van de Unie.

LS&R 1781

HvJ EU: toegang tot rapporten toegewezen

Hof van Justitie EU 22 jan 2020, LS&R 1781; ECLI:EU:C:2020:24 (MSD Animal Health Innovation en Intervet International tegen EMA), https://lsenr.nl/artikelen/hvj-eu-toegang-tot-rapporten-toegewezen

HvJ EU 22 januari 2020, LS&R 1781, IEFbe 3030; ECLI:EU:C:2020:24 (MSD Animal Health Innovation en Intervet International tegen EMA) In deze zaak heeft het Hof, vergelijkbaar met [LS&R 1780], de kwestie onderzocht van toegang tot documenten van de Europese Unie die zijn ingediend in het kader van aanvragen voor een vergunning voor het in de handel brengen (VHB). MSD Animal Health Innovation en Intervet International, rekwiranten in deze zaak, hadden hogere voorzieningen ingesteld tegen het arrest van het Gerecht, inhoudende de verwerping van hun beroep tot nietigverklaring van het besluit waarbij het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) toegang had verleend tot documenten die informatie bevatten die was overgelegd in het kader van VHB-aanvraagprocedures voor geneesmiddelen. De documenten waar het in casu om ging waren toxicologische testrapporten en een klinisch onderzoeksrapport, die rekwiranten hadden overgelegd bij hun VHB-aanvragen voor een geneesmiddel voor diergeneeskundig gebruik.

LS&R 1780

HvJ EU: toegang tot rapporten van PTC Therapeutics toegewezen

Hof van Justitie EU 22 jan 2020, LS&R 1780; ECLI:EU:C:2020:23 (PTC Therapeutics International/EMA), https://lsenr.nl/artikelen/hvj-eu-toegang-tot-rapporten-van-ptc-therapeutics-toegewezen

HvJ EU 22 januari 2020, LS&R 1780, IEFbe 3029; ECLI:EU:C:2020:23 (PTC Therapeutics International tegen EMA) In deze zaak heeft het Hof voor het eerst de kwestie onderzocht van toegang tot documenten van de Europese Unie die zijn ingediend in het kader van aanvragen voor een vergunning voor het in de handel brengen (VHB). PTC Therapeutics International, rekwirant in deze zaak, had hogere voorzieningen ingesteld tegen het arrest van het Gerecht, inhoudende de verwerping van haar beroep tot nietigverklaring van het besluit waarbij het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) toegang had verleend tot documenten die informatie bevatten die was overgelegd in het kader van VHB-aanvraagprocedures voor geneesmiddelen. De documenten waar het in casu om ging waren toxicologische testrapporten en een klinisch onderzoeksrapport, die rekwirant had overgelegd bij haar VHB-aanvragen voor een geneesmiddel voor menselijk gebruik.

LS&R 1779

Conclusie A-G inzake inzagevordering van Heraeus

3 jan 2020, LS&R 1779; ECLI:NL:PHR:2020:10 (Heraeus tegen Biomet c.s.), https://lsenr.nl/artikelen/conclusie-a-g-inzake-inzagevordering-van-heraeus

Parket bij de Hoge Raad 3 januari 2020, LS&R 1779; ECLI:NL:PHR:2020:10 (Heraeus tegen Biomet) Twee producenten van botcement hebben een geschil over onrechtmatig gebruik van bedrijfsgeheimen. Heraeus is eiseres tot cassatie en Biomet c.s. zijn verweersters in cassatie. Hereaus had in een eerdere beschikking verlof gekregen conservatoir bewijsbeslag te leggen ten laste van Biomet c.s. De deurwaarder had een groot deel van de administratie van Biomet c.s. gekopieerd, maar het merendeel van de data was nog niet doorzocht op de aanwezigheid van onder het beslag vallende bescheiden. De onderhavige conclusie bij het parket gaat om de vordering van Heraeus om inzage te krijgen in deze data (hierna: inzagevordering). De voorzieningenrechter en het hof hebben deze vordering beide afgewezen.

LS&R 1778

Geen wilsonbekwaamheid van patiënt

21 jan 2020, LS&R 1778; ECLI:NL:TGZRAMS:2020:11 (Wilsbekwaamheid patiënt), https://lsenr.nl/artikelen/geen-wilsonbekwaamheid-van-pati-nt

Regionaal tuchtcollege voor de gezondheidszorg 21 januari 2020, LS&R 1778 ECLI:NL:TGZRAMS:2020:11 (Wilsbekwaamheid patiënt) Verweerster heeft aan klager geen inzage gegeven in het dossier van patiënt. Klager beweert als gemachtigde van patiënt recht te hebben op inzage in haar dossier. Uit de brief die patiënt aan verweerster heeft gestuurd blijkt geen wilsonbekwaamheid, waardoor de klacht van klager niet ontvankelijk wordt verklaard.

LS&R 1776

Zaans Medisch Centrum moet persbericht rectificeren

21 jan 2020, LS&R 1776; ECLI:NL:RBNHO:2020:367 (ZMC tegen eiser), https://lsenr.nl/artikelen/zaans-medisch-centrum-moet-persbericht-rectificeren

Vrz. Rechtbank Noord-Holland 21 januari 2020, IEF 18969; LS&R 1776; ECLI:NL:RBNHO:2020:367 (ZMC tegen eiser) In september 2019 heeft het Zaans Medisch Centrum (ZMC) een persbericht geplaatst omtrent maatregelen tegen NDM-bacteriën in het ziekenhuis. Dit bericht was gebaseerd op een advies van een door het ziekenhuis ingesteld team van experts. De leverancier van het afvalverwerkingssysteem was het er op diverse punten inhoudelijk niet mee eens. Zij stelden dat het persbericht onterecht schade brengt aan hun reputatie en haar producten. Geoordeeld wordt dat het ziekenhuis onterecht de rol van het rioolstelsel in de problematiek niet benoemd. Ten aanzien van de mededelingen in het bericht omtrent het gebruik van gerecycled water en het gebruik van vermalers wordt geconcludeerd dat er geen sprake is van onrechtmatige uitlatingen. ZMC wordt veroordeeld tot het plaatsen van een rectificatie. 

LS&R 1775

Schadevergoeding bij beëindiging overeenkomst Pimbio en Axxicon

Hof 's-Hertogenbosch 14 jan 2020, LS&R 1775; ECLI:NL:GHSHE:2020:84 (Pimbio tegen Axxicon), https://lsenr.nl/artikelen/schadevergoeding-bij-be-indiging-overeenkomst-pimbio-en-axxicon

Hof ’s-Hertogenbosch 14 januari 2020, LS&R 1775; ECLI:NL:GHSHE:2020:84 (Pimbio tegen Axxicon) Partijen zijn een samenwerkingsovereenkomst aangegaan voor het IPC project. Op een gegeven moment willen ze deze samenwerking beëindigen. Hierbij stelt Pimbio onder andere dat Axxicon hem volledig schadeloos moet stellen voor de extra kosten die Pimbio moet maken als gevolg van de verbreking van de samenwerking van partijen. Volgens Pimbio is Axxicon hier stilzwijgend mee akkoord gegaan. Axxicon betwist deze stelling en acht Pimbio juist schadeplichtig omdat het Pimbio is geweest die zich eenzijdig uit de samenwerking in het IPC project heeft teruggetrokken.

LS&R 1774

Uitspraak ingezonden door Erik Vollebregt, Axon Lawyers.

Preferentiebeleid CZ niet in strijd met Besluit zorgverzekeringen

Hof 's-Hertogenbosch 10 dec 2019, LS&R 1774; ECLI:NL:GHSHE:2019:4471 (CZ en Mylan tegen Teva), https://lsenr.nl/artikelen/preferentiebeleid-cz-niet-in-strijd-met-besluit-zorgverzekeringen

Hof 's-Hertogenbosch 10 december 2019, LSR 1774; ECLI:NL:GHSHE:2019:4471 (CZ en Mylan tegen Teva) Verzekeraar CZ voert ten aanzien van een door Mylan in de handel gebracht geneesmiddel Glatirameeracetaat een preferentiebeleid. Dit heeft tot gevolg dat een door Teva in handel gebracht geneesmiddel genaamd Copaxone in beginsel niet meer voor vergoeding in aanmerking komt. Nu rijst de vraag of dit in strijd is met artikel 2.8 lid 3 van het Besluit zorgverzekering. Uit dit artikel volgt “dat van alle werkzame stoffen die voorkomen in de bij ministeriële regeling aangewezen geneesmiddelen ten minste een geneesmiddel voor de verzekerde beschikbaar is.” Teva meent dat dit niet het geval is. In kort geding vorderde Teva het preferentiebeleid buiten werking te stellen. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat onvoldoende gesteld is dat het preferentiebeleid onrechtmatig is.

LS&R 1772

Geen beperkte aanspraak op Enbrel door voorkeursbeleid

Rechtbank Den Haag 24 dec 2019, LS&R 1772; ECLI:NL:RBDHA:2019:14242 (Pfizer tegen Zilveren Kruis), https://lsenr.nl/artikelen/geen-beperkte-aanspraak-op-enbrel-door-voorkeursbeleid

Vzr. Rechtbank Den Haag 24 december 2019, LS&R 1772; ECLI:NL:RBDHA:2019:14242 (Pfizer tegen Zilveren Kruis) Pfizer stelt in deze zaak de voorgenomen afspraken tussen zorgverzekeraar Zilveren Kruis en zorgaanbieders over de vergoeding voor het geneesmiddel Enbrel en de biosimilars ter discussie. Hoewel het Zilveren Kruis in beginsel vrij staat om met zorgaanbieders de vergoedingen overeen te komen die haar goeddunken, kunnen de afspraken daarover onder omstandigheden jegens derden, zoals Pfizer, in strijd zijn met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt. Pfizer beroept zich op het Nutricia-arrest en betoogt dat de aanspraak van verzekerden op Enbrel wordt beperkt door het voorkeursbeleid van Zilveren Kruis. Anders dan in het Nutricia-arrest gaat het in deze zaak om onderlinge uitwisselbare geneesmiddelen. Enbrel en de biosimilars bevatten dezelfde werkzame stof, namelijk etanercept. De aanspraak op etanercept wordt niet beperkt door het voorkeursbeleid van Zilveren Kruis, nu deze aanspraak ook bij het voorschrijven van de biosimilars blijft bestaan.