Octrooirecht  

LS&R 2137

Opmerkingen van Willem Hoyng, HOYNG ROKH MONEGIER.

Opmerkingen naar aanleiding van jurisprudentielunch octrooirecht

Naar aanleiding van de jurisprudentielunch octrooirecht van woensdag 30 november heeft Willem Hoyng een vijftal opmerkingen ingestuurd:

1. Tijdens de jaarlijkse octrooijurisprudentie bespreking heb ik gewaarschuwd voor het feit dat een opt out lang niet altijd gevolgd zal kunnen worden door een opt inaangezien een derde die het octrooi vreest wel heel makkelijk een opt in onmogelijk kan maken door bijvoorbeeld een nietigheidsprocedure te beginnen en dat het daarbij niet nodig is dat die nietigheidsprocedure ook met een vonnis eindigt maar dat het effect ook wordt bereikt door het na aanhangig maken intrekken van de procedure etc.

LS&R 2135

Prejudiciële vragen over "passende schadeloosstelling"

22 sep 2022, LS&R 2135; (Mylan), https://lsenr.nl/artikelen/prejudiciele-vragen-over-passende-schadeloosstelling

HvJ EU 20 september 2022, IEF 21114, IEFbe 3585; C‑472/22 (Mylan) Via MinBuza: Op 3 december 2009 heeft het nationaal octrooi- en registratiebureau op basis van het in Finland gevalideerde Europees octrooi in Finland het aanvullend beschermingscertificaat nr. 266 verleend. Mylan heeft haar geneesmiddel ‘EMTRICITABINE/TENOFOVIR DISOPROXIL MYLAN 200 mg/245 mg, filmomhulde tablet’ in het voorjaar van 2017 aangeboden in het kader van openbare aanbestedingen van twee Finse verpleegkundige districten en deze aanbestedingen voor het genoemde product gewonnen. De geldigheidsduur van het voornoemde basisoctrooi is inmiddels op 25 juli 2017 verstreken. Gilead Sciences Finland hebben op 15 september 2017 bij de Markkinaoikeus (bijzondere rechter bevoegd voor handelsrecht, mededingingsrecht, overheidsopdrachten en internationaal privaatrecht, Finland) een vordering ingesteld tegen onder meer Mylan wegens inbreuk op aanvullend beschermingscertificaat nr. 266. In dezelfde context heeft Gilead een verzoek om een voorlopige maatregel tegen Mylan ingediend. Mylan heeft zich verzet tegen de vordering van Gilead wegens inbreuk en tegen het verzoek van Gilead om een voorlopige maatregel, en heeft van haar kant bij de Markkinaoikeus een vordering tot nietigverklaring van aanvullend beschermingscertificaat nr. 266 ingesteld.

LS&R 2133

Uitspraak ingezonden door Frank Eijsvogels, HOYNG ROKH MONEGIER.

Vordering tot vernietiging octrooi Astellas afgewezen

23 nov 2022, LS&R 2133; ECLI:NL:RBDHA:2022:12463 (Sandoz tegen Astellas), https://lsenr.nl/artikelen/vordering-tot-vernietiging-octrooi-astellas-afgewezen

Rb Den Haag 23 november 2022, IEF 21109, LS&R 2133; ECLI:NL:RBDHA:2022:12463, C/09/625472 / HA ZA 22-183 (Sandoz tegen Astellas) Sandoz maakt deel uit van de Novartis Group, een wereldwijd farmaceutisch bedrijf dat zich bezighoudt met de productie, distributie en verhandeling van farmaceutische producten. Astellas is een Japans farmaceutisch bedrijf dat zich bezighoudt met het onderzoek naar en de ontwikkeling en verhandeling van innovatieve farmaceutische producten. Astellas is houdster van het Nederlandse deel van octrooi EP 1559 427, Sandoz vordert vernietiging van dit octrooi omdat met name conclusie 1 van het octrooi niet inventief is. De rechtbank is het niet met Sandoz eens en oordeelt dat conclusie 1 wel inventief is. Hiermee zijn de vervolgconclusies ook inventief, de vordering van Sandoz wordt afgewezen.

LS&R 2132

Pharmathen maakt inbreuk op octrooi Novartis

15 nov 2022, LS&R 2132; ECLI:NL:GHDHA:2022:2327 (Pharmathen tegen Novartis), https://lsenr.nl/artikelen/pharmathen-maakt-inbreuk-op-octrooi-novartis

Hof Den Haag 15 november 2022, IEF 21102, LS&R 2132; ECLI:NL:GHDHA:2022:2327 (Pharmathen tegen Novartis) Zie [IEF 20858]. Novartis meent dat Pharmathen met het produceren van haar octreotide LAR-producten inbreuk maakt op het octrooi van Novartis. De voorzieningenrechter heeft Novartis' vordering om Pharmathen te verbieden inbreuk te maken op het octrooi van Novartis toegewezen voor alle landen waar het octrooi van Novartis van kracht is. Pharmathen is tegen de uitspraak in hoger beroep gegaan. Het hoger beroep van Pharmathen faalt grotendeels. Het hof is met de voorzieningenrechter van oordeel dat Pharmathen inbreuk maakt op EP 519. Er is geen sprake van een letterlijke inbreuk, maar wel sprake van inbreuk door equivalentie omdat aan alle vier de voorwaarden uit hof Den Haag Eli Lilly/ Fresenius; permetrexed wordt voldaan. Alleen het door de voorzieningenrechter toegewezen verbod op onrechtmatig handelen en het toegewezen bevel tot het instrueren van Pharmathen Griekenland voor zover betrekking hebbend op het Griekse deel van EP 519 worden door het hof vernietigd en opnieuw rechtdoende alsnog afgewezen.

LS&R 2121

CIER-congres over gebruiksmodel en getoetste Nederlandse octrooi

CIER-congres. Het gebruiksmodel en het getoetste Nederlandse octrooi: Terug naar de toekomst?
30 jaar geleden heeft het CIER een congres georganiseerd over de toenmalige plannen voor afschaffing van het getoetste Nederlandse octrooi en de niet-invoering van een gebruiksmodel. Na 30 jaar gaan de plannen in de omgekeerde richting (herinvoering van het vooronderzochte Nederlandse octrooi en invoering van een gebruiksmodel), maar het onderwerp is hetzelfde en verdient wederom een academisch debat.
Het CIER organiseert daarom een congres over de voors en tegens van invoering van een gebruiksmodelrecht en herinvoering van het vooronderzochte Nederlandse octrooi, met onder meer lezingen van Marc van der Burg, Constant van Nispen en Dick van Engelen.
Inschrijven: via deze link

Waar: Sweelinckzaal, Drift 21, Utrecht
Wanneer: vrijdag 11 november 2022 vanaf 13:00 uur (inloop) tot 17:00 uur, met aansluitend borrel
Prijs: € 100,-. Deelname is gratis voor studenten, medewerkers van universiteiten en leden van de rechterlijke macht
Ordepunten: 3 punten
Meer info: zie website UU of mail met het secretariaat secretariaatmiwpi@uu.nl

LS&R 2119

Uitspraak ingezonden door Jaap Bremer, BarentsKrans.

Serieuze kans dat octrooi wordt herroepen

18 okt 2022, LS&R 2119; ECLI:NL:GHDHA:2022:2079 (Novartis tegen Mylan), https://lsenr.nl/artikelen/serieuze-kans-dat-octrooi-wordt-herroepen

Hof Den Haag 18 oktober 2022, IEF 21051, LS&R 2119; ECLI:NL:GHDHA:2022:2079 (Novartis tegen Mylan) Zie [IEF 20617], [IEF 20619] en [IEF 20791]. De voorzieningenrechter heeft op 21 juni 2022 geoordeeld dat er een gerede kans is dat EP 894 na verlening in oppositie wordt herroepen of in een nietigheidsprocedure wordt vernietigd wegens gebrek aan inventiviteit. De vorderingen van Novartis zijn daarom afgewezen. Novartis is hiertegen in beroep gegaan. Ook het hof is voorshands van oordeel dat er een serieuze, niet te verwaarlozen kans aanwezig is dat EP 894 na verlening een oppositie- of nietigheidsprocedure niet zal overleven. Dit oordeel is echter wel gebaseerd op een andere grond dan de grond die de voorzieningenrechter hanteerde. Artikel 123 (2) EOV is namelijk nog niet in het geschil aan de orde gesteld. Het hof verwacht dat de TKB EP 894 zal herroepen indien artikel 123(2) EOV tijdens de aangekondigde oppositieprocedure wél aan bod komt vanwege toegevoegde materie in de aanvrage.

LS&R 2110

CIER-congres over gebruiksmodel en getoetste Nederlandse octrooi

CIER-congres. Het gebruiksmodel en het getoetste Nederlandse octrooi: Terug naar de toekomst?
30 jaar geleden heeft het CIER een congres georganiseerd over de toenmalige plannen voor afschaffing van het getoetste Nederlandse octrooi en de niet-invoering van een gebruiksmodel. Na 30 jaar gaan de plannen in de omgekeerde richting (herinvoering van het vooronderzochte Nederlandse octrooi en invoering van een gebruiksmodel), maar het onderwerp is hetzelfde en verdient wederom een academisch debat.
Het CIER organiseert daarom een congres over de voors en tegens van invoering van een gebruiksmodelrecht en herinvoering van het vooronderzochte Nederlandse octrooi, met onder meer lezingen van Marc van der Burg, Constant van Nispen en Dick van Engelen.
Inschrijven: via deze link

Waar: Sweelinckzaal, Drift 21, Utrecht
Wanneer: vrijdag 11 november 2022 vanaf 13:00 uur (inloop) tot 17:00 uur, met aansluitend borrel
Prijs: € 100,-. Deelname is gratis voor studenten, medewerkers van universiteiten en leden van de rechterlijke macht
Ordepunten: 3 punten
Meer info: zie website UU of mail met het secretariaat secretariaatmiwpi@uu.nl

LS&R 2108

Uitspraak ingezonden door Michiel Rijsdijk en Marlies Wiegerinck, Arnold & Siedsma.

Nederlandse deel octrooi wordt vernietigd

7 sep 2022, LS&R 2108; (WLS c.s. tegen FFM), https://lsenr.nl/artikelen/nederlandse-deel-octrooi-wordt-vernietigd

Rb. Den Haag 7 september 2022, IEF 20963, LS&R 2108; C/09/59 1882 / HA ZA 20-410 (WLS c.s. tegen FFM) In dit geding heeft WLS c.s. gevorderd dat het Nederlandse deel van het Europese octrooi van FFM wordt vernietigd. Dit octrooi ziet op de behandeling of preventie van tekorten aan vitamines en mineralen. FFM heeft vervolgens aangekondigd de geldigheid van het Nederlandse deel van het octrooi niet langer te zullen verdedigen. Vanwege deze aankondiging zal het Nederlandse deel door de rechtbank worden vernietigd. FFM wordt veroordeeld in de proceskosten. De rechtbank zet met ingang van 25 januari 2022 een knip in de kosten van WLS c.s.. Dit is namelijk de datum dat FFM heeft aangegeven de geldigheid van het octrooi niet langer te zullen verdedigen waardoor het enige geschilpunt nog de proceskosten betreft. De procedure is hierdoor naar het liquidatietarief overgegaan. Het betoog van FFM dat het zou gaan om een eenvoudige zaak, wordt niet gevolgd door de rechtbank. De kosten voor de advocaat tot 25 januari 2022 worden op €55.000,- begroot. De gemaakte kosten van na 25 januari 2022 worden, met toepassing van het liquidatietarief begroot op €281,50. Met de kosten van de dagvaarding en de kosten aan griffierecht daar bovenop, wordt FFM veroordeeld tot betaling van een bedrag van €56.020,88.

LS&R 2102

Aanhouding procedure in afwachting van beslissing Europese Commissie

23 aug 2022, LS&R 2102; ECLI:NL:GHAMS:2022:2417 (Synthon c.s. tegen Teva c.s), https://lsenr.nl/artikelen/aanhouding-procedure-in-afwachting-van-beslissing-europese-commissie

Hof Amsterdam 23 augustus 2022, IEF 20938, LS&R 2102; ECLI:NL:GHAMS:2022:2417 (Synthon c.s. tegen Teva c.s) Tussenuitspraak. Synthon c.s. hebben op onrechtmatige daad en ongerechtvaardigde verrijking gestoelde vorderingen ingesteld tegen Teva c.s.. Zij leggen daaraan ten grondslag dat Teva c.s. hebben geprobeerd te bewerkstelligen dat Synthon c.s. en hun klant Alvolgen de generieke versie van een bepaald geneesmiddel niet of zo laat mogelijk op de markt zouden kunnen brengen door (betrokkenheid bij) het ten onrechte handhaven van octrooien met betrekking tot dat geneesmiddel. Dit arrest gaat over de vraag of de Nederlandse rechter bevoegd is kennis te nemen van de vorderingen tegen Teva Ltd. en over de vraag of de procedure moet worden aangehouden in verband met lopend onderzoek van de Europese Commissie naar mogelijk concurrentieverstorend gedrag van Teva c.s. met betrekking tot Copaxone (de merknaam waaronder Teva c.s. het bedoelde geneesmiddel vermarkt). De zaak wordt aangehouden in afwachting van de beschikking van de Europese Commissie naar aanleiding van onderzoek naar mogelijk concurrentieverstorend gedrag.

LS&R 2092

Geen verplichting tot betaling deel van eigen ontvangsten

Rechtbank Amsterdam 20 jul 2022, LS&R 2092; ECLI:NL:RBAMS:2022:4047 (VUmc tegen gedaagden ), https://lsenr.nl/artikelen/geen-verplichting-tot-betaling-deel-van-eigen-ontvangsten

Rb. Amsterdam 20 juli 2022, IEF 20874, LS&R 2092; ECLI:NL:RBAMS:2022:4047 (VUmc tegen gedaagden) Het VUmc houdt zich onder andere bezig met het verrichten van medisch wetenschappelijk onderzoek. Gedaagden zijn onderzoekers. Gedaagden hebben tussen 2008 en 2010 een methode ontwikkeld om tumoren te kunnen opsporen. De aanspraak op octrooirechten komt toe aan het VUmc. Het VUmc verleende in 2012 een exclusieve licentie op de octrooien aan de vennootschap die is opgericht door gedaagden. In 2013 hebben gedaagden en het VUmc afspraken rondom de exit fee vastgelegd in een profit sharing agreement (PSA). Vervolgens is er tussen partijen discussie ontstaan over de uitleg van gemaakte afspraken. Het VUmc vordert onder meer dat de rechtbank voor recht verklaart dat het VUmc niet verplicht is om aan gedaagden een gedeelte te betalen van wat het VUmc zelf ontvangt onder de PSA. Het standpunt van gedaagden dat zij gedwaald zouden hebben ten aanzien van de invulling van het progressieve tarief in de PSA wordt niet gevolgd door de rechtbank. De gevorderde verklaring voor recht dat het VUmc niet verplicht is gedaagden een gedeelte te betalen van wat het zelf ontvangt onder de PSA en dat gedaagden geen recht hebben op een dergelijke betaling, wordt toegewezen.