Octrooirecht  

LS&R 1304

Licentieovereenkomst geoctrooieerd proces afwaterzuivering afhankelijk van positief testresultaat

Hof Den Haag 26 apr 2016, LS&R 1304; ECLI:NL:GHDHA:2016:1063 (Olaopa tegen BP Raffinaderij), https://lsenr.nl/artikelen/licentieovereenkomst-geoctrooieerd-proces-afwaterzuivering-afhankelijk-van-positief-testresultaat

Hof Den Haag 26 april 2016, IEF 15910; LS&R 1304; ECLI:NL:GHDHA:2016:1063 (Olaopa tegen BP Raffinaderij)
Contractenrecht. Octrooirecht. Eiser heeft Geoctrooieerd proces voor zuivering van afvalwater van olieraffinaderij (Biological nutritient removal using ‘the Olaopa Process’ - EP 1 196 354 B1. Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank die de vorderingen heeft afgewezen. Tussen X en BP is wel een licentieovereenkomst tot stand gekomen is, deze voorwaardelijk was aan het welslagen van de test, waarbij niet is komen vast te staan dat deze voorwaarde is vervuld. De vorderingen op basis van de precontractuele aansprakelijkheid worden afgewezen, de vorderingen kunnen niet worden toegewezen gelet op het (niet aan BP te wijten) mislukken van de test. Het hof bekrachtigt het vonnis.

LS&R 1297

Aanhouding door Hof van onbepaalde duur niet te rechtvaardigen

Hoge Raad , LS&R 1297; ECLI:NL:HR:2016:666 (Astellas tegen Synthon), https://lsenr.nl/artikelen/aanhouding-door-hof-van-onbepaalde-duur-niet-te-rechtvaardigen

HR 15 april 2016, IEF 15883; LS&R 1297 ECLI:NL:HR:2016:666 (Astellas tegen Synthon)
(Appel)procesrecht, octrooirecht. Spoedeisend belang. Belang bij hoger beroep in verband met proceskostenveroordeling in eerste aanleg. De beslissing van het hof tot aanhouding is niet het waken tegen onredelijke vertraging van de procedure (art. 20 Rv).  Astellas is houdster van een Europees octrooi voor een zogenaamd hydrogelpreparaat met aanhoudende afgifte. De voorzieningenrechter [IEF 12913] heeft Astellas' vorderingen afgewezen en veroordeeld in de kosten van de procedure, aan de zijde van Synthon begroot op € 75.000. Het hof heeft iedere beslissing aangehouden totdat in de tussen partijen aanhangige bodemprocedure onherroepelijk is beslist of dat die procedure anderszins definitief is beëindigd. Gelet op de onbepaalde en daarom mogelijk (zeer) lange duur van de door het hof bepaalde aanhouding, zijn de aan zijn beslissing tot aanhouding ten grondslag gelegde omstandigheden – dat het belang van Astellas bij beoordeling van de in eerste aanleg uitgesproken proceskostenveroordeling niet spoedeisend is en dat inmiddels een bodemprocedure over de inbreukvraag aanhangig is – onvoldoende om die aanhouding te kunnen rechtvaardigen.

LS&R 1289

Uitspraak ingezonden door Fleur Tuinzing-Westerhuis, Houthoff Buruma.

Conclusie ziet niet op gemiddelde deeltjesgrootte, maar dat er micronisatie plaatsvindt

Rechtbank Den Haag 30 mrt 2016, LS&R 1289; ECLI:NL:RBDHA:2016:3509 (JP Russel tegen Innovet), https://lsenr.nl/artikelen/conclusie-ziet-niet-op-gemiddelde-deeltjesgrootte-maar-dat-er-micronisatie-plaatsvindt

Rechtbank Den Haag 30 maart 2016, IEF 15832; LS&R 1289; ECLI:NL:RBDHA:2016:3509 (JP Russel tegen Innovet)
Octrooirecht. JP Russel ontwikkelt en verkoop voedingssupplementen en dieetvoeding voor medisch gebruik, onder het merk PEAPURE verkoopt zij palmidrol met een pijnstillende en ontstekingsremmende werking. Innovet is houdster EP1207870B1 voor 'pharmaceutical compositions containing N-palmitoylethanolamide and use thereof in the veterinary field'. JP Russel vordert vernietiging van Nederlandse deel van EP 870, subsidiair een verklaring voor recht dat JPR PEA niet onder de octrooibeschermingsomvang valt.  EP 870 beschrijft niet tot welke deeltjesgrootteverdeling micronisatie zou  dienen te leiden. Een micronisatiestap wordt in EP 006 niet expliciet vermeld en de vakman zal een dergelijke stap er ook niet in meelezen. De rechtbank staat JP Russel toe bewijs te leveren dat zij bij de vervaardiging geen micronisatiestap toepast.

LS&R 1290

Inbreuk op ABC met verlenging volgens weesgeneesmiddelen- en pediatrische verordening

Rechtbank Den Haag 30 mrt 2016, LS&R 1290; ECLI:NL:RBDHA:2016:3427 (Imatinib), https://lsenr.nl/artikelen/inbreuk-op-abc-met-verlenging-volgens-weesgeneesmiddelen-en-pediatrische-verordening

Vzr. Rechtbank Den Haag 30 maart 2016, IEF 15835; LS&R 1290; ECLI:NL:RBDHA:2016:3427 (Novartis tegen Teva c.s.; Imatinib)
ABC. Pediatrische Verordening. Weesgeneesmiddel. Novartis is houdster van ABC NL300086, dat is verkregen na verloop van het basisoctrooi EP0564409, voor de werkzame stof imatinib, wat als weesgeneesmiddel is aangewezen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie. Novartis breidt haar handelsvergunning uit met nieuwe indicatie voor pediatrische patiënten, waardoor de ABC met een duur van zes maanden, ofwel op basis van de Weesgeneesmiddelenverordening, een marktexclusiviteit van twee jaar. Verlenging van de ABC-termijn voor uitgevoerd pediatrisch onderzoek ook mogelijk als geneesmiddel eerder als weesgeneesmiddel aangewezen is geweest. Inbreukverboden worden gegeven.

LS&R 1279

Uitspraak ingezonden door Sikke Kingma, Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn.

Betalen voor octrooiverlening is onverschuldigd, taxe niet alsnog tijdig betaald

Rechtbank Den Haag 9 mrt 2016, LS&R 1279; ECLI:NL:RBDHA:2016:2124 (Nesteq tegen Staat), https://lsenr.nl/artikelen/betalen-voor-octrooiverlening-is-onverschuldigd-taxe-niet-alsnog-tijdig-betaald

Rechtbank Den Haag 9 maart 2016, IEF 15745; ECLI:NL:RBDHA:2016:2124 (Nesteq tegen Staat)
Octrooirecht. Octrooi van rechtswege vervallen door het niet tijdig betalen van de jaartaks. Geen correctie van het octrooiregister. Betaling vóór de publicatie van de verlening van het octrooi is onverschuldigd; terugbetaling werd niet goed geregistreerd door de octrooihouder, waarna de taxe niet alsnog tijdig is betaald, en het octrooi is vervallen..

LS&R 2186

Vorderingen afgewezen conform eerder vonnis

31 mei 2023, LS&R 2186; ECLI:NL:RBDHA:2023:7789 (BMS tegen Teva C.S.), https://lsenr.nl/artikelen/vorderingen-afgewezen-conform-eerder-vonnis

Vrz. Rechtbank Den Haag 31 mei 2023, IEF 214462, LS&R 2186; ECLI:NL:RBDHA:2023:7789 (BSM tegen Teva c.s.) De voorzieningenrechter heeft uitspraak gedaan in een zaak omtrent een vermeende inbreuk op een octrooirecht. BMS, de eiser in deze zaak, maakt deel uit van een farmaceutisch concern dat zich richt op de ontwikkeling van geneesmiddelen. BMS brengt het geneesmiddel Eliquis® op de markt, met apixaban als werkzame stof. Apixaban helpt de vorming van bloedstolsels te voorkomen. BMS is houdster van het basisoctrooi voor dit middel, genaamd EP 415. De gedaagden in deze zaak, hierna aangeduid als Teva, brengen een generieke versie van Eliquis® op de markt. BMS vordert daarom een inbreukverbod jegens Teva.