DOSSIERS
Alle dossiers

Rechtspraak  

LS&R 2280

Hoge Raad laat arresten over Apixaban in stand zonder motivering, artikel 81 RO

14 feb 2025, LS&R 2280; ECLI:NL:HR:2025:260, ECLI:NL:HR:2025:262 (Sandoz en Teva tegen BMS), https://lsenr.nl/artikelen/hoge-raad-laat-arresten-over-apixaban-in-stand-zonder-motivering-artikel-81-ro

HR 14 februari 2025, IEF 22553, LSR 2280; ECLI:NL:HR:2025:260, ECLI:NL:HR:2025:262 (Teva en Sandoz tegen BMS). Deze zaken gaan over geschillen tussen BMS aan de ene kant, en Teva en Sandoz aan de andere kant, over het op de markt brengen van een generiek Apixaban. Het hof oordeelde dat de voorzieningenrechter de uitspraak G2/21 verkeerd heeft uitgelegd [zie IEF 21629]. De uitkomst van de Hoge Raad is dat de klachten tegen BMS niet kunnen leiden tot vernietiging van die arresten. De Hoge Raad heeft hierbij niet gemotiveerd waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van de klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht, waardoor de Hoge Raad op grond van artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie geen nadere toelichting hoeft te geven. Als de in cassatie in het ongelijk gestelde partijen dienen Teva en Sandoz te worden verwezen in de proceskosten. De beoordeling van de Hoge Raad is in lijn met de conclusie van de A-G over deze zaken [zie IEF 22508].

LS&R 2274

Rechtbank vernietigt het Nederlandse deel van octrooi van Biogen op MS-medicijn

22 jan 2025, LS&R 2274; ECLI:NL:RBDHA:2025:496 (Biogen tegen de Generieken), https://lsenr.nl/artikelen/rechtbank-vernietigt-het-nederlandse-deel-van-octrooi-van-biogen-op-ms-medicijn

Rb. Den Haag 22 januari 2025, IEF 22506, LSR 2274; ECLI:NL:RBDHA:2025:496 (Biogen tegen de Generieken). Deze uitspraak van de rechtbank gaat over drie zaken die gezamenlijk zijn behandeld. Eiser is alle zaken is Biogen, gedaagden zijn Polpharma c.s., Neuraxpharm c.s. en Mylan c.s., samen aangeduid als ‘de Generieken’. De procedures zijn gericht op het gebruik van de stof dimethylfumaraat (DMF) voor de behandeling van multiple sclerose (MS). Biogen brengt die stof onder de naam Tecfidera op de markt. Biogen heeft een octrooi op het gebruik van orale toediening van de stof DMF, met een effectieve dagelijkse dosis van 480 mg, namelijk EP 873. De Generieken willen ieder ook een generiek DMF-product op de markt brengen, ook oraal en met dezelfde dagelijkse dosis. Biogen stelt in conventie dat de Generieken met het op de markt brengen van deze producten inbreuk maken op haar octrooi. De Generieken, in reconventie, voeren aan dat het octrooi van Biogen ongeldig is. Zij stellen dat de geoctrooieerde uitvinding zoals neergelegd in de conclusie niet op die manier is terug te vinden in de aanvrage. Daarnaast zou het gebruik van 480 mg DMF per dag voor de gemiddelde vakman voor de hand liggen. Uit een studie bleek al aanwijzingen dat 720 mg effectief was, maar dat een lagere dosis dit waarschijnlijk ook was. Ook is in de aanvrage van het octrooi niet verduidelijkt dat 480 mg DMF per dag effectief is in de behandeling van MS. 

LS&R 2271

Uitspraak ingezonden door Frank Eijsvogels, HOYNG ROKH MONEGIER

Mirabegron: hof bevestigt geldigheid octrooi Astellas

14 jan 2025, LS&R 2271; (Sandzo tegen Astellas), https://lsenr.nl/artikelen/mirabegron-hof-bevestigt-geldigheid-octrooi-astellas

Hof Den Haag 14 januari 2025, IEF 22477, LSR 2271 (Sandoz tegen Astellas). Astellas is houdster van EP 1 599 427 (EP 427) dat ziet op het gebruik van mirabegron als werkzame stof voor de behandeling van overactieve blaas (OAB). Op basis van EP 427 is aan Astellas voor Nederland het aanvullend beschermingscertificaat ABC 300599 (ABC 599) afgegeven. Deze rechten vormen de basis van het geneesmiddel Betmiga® van Astellas met de werkzame stof mirabegron. Het is een van de best verkopende medicijnen van Astellas. Sandoz heeft vernietiging gevorderd van EP 427 en ABC 599. De rechtbank heeft de vorderingen van Sandoz afgewezen [zie IEF 21173]. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. Het hof heeft de argumenten van Sandoz dat EP 427 geen beroep kan doen op prioriteit verworpen.

LS&R 2266

Voorzieningenrechter heeft verbod op DMF Teva en DMF Sandoz terecht toegewezen

4 dec 2024, LS&R 2266; (Sandoz tegen Biogen en Teva tegen Biogen), https://lsenr.nl/artikelen/voorzieningenrechter-heeft-verbod-op-dmf-teva-en-dmf-sandoz-terecht-toegewezen

Hof Amsterdam 4 december 2024, IEF 22430, LSR 2266; ECLI:NL:GHAMS:2024:3211 (Sandoz tegen Biogen) en Hof Amsterdam 5 december 2024, IEF 22430, LSR 2266; ECLI:NL:GHAMS:2024:3210 (Teva tegen Biogen). Biogen is houdster van de handelsvergunning voor het geneesmiddel DMF. De Europese Commissie heeft met een uitvoeringsbesluit de marktbescherming van dit middel met een jaar verlengd. Sandoz heeft aangekondigd in Nederland op de markt te komen met het middel DMF Sandoz en Teva heeft voorbereidingen getroffen om met het middel DMF Teva op de markt te komen. Beide zijn generieke versies van DMF. Sandoz en Teva menen dat zij niet gebonden zijn aan de verlengde periode van marktbescherming van DMF omdat het uitvoeringsbesluit evident ongeldig is. Biogen heeft een kort geding aangespannen en gevorderd dat het Sandoz en Teva verboden wordt om met het middel DMF Sandoz op de markt te komen. Dit verbod is toegewezen, waarna beide partijen in hoger beroep zijn gegaan.

LS&R 2261

Eerste vonnis in nietigheidsprocedure over octrooi met betrekking tot enzalutamide

8 okt 2024, LS&R 2261; (Accord, Sandoz en Teva tegen Astellas), https://lsenr.nl/artikelen/eerste-vonnis-in-nietigheidsprocedure-over-octrooi-met-betrekking-tot-enzalutamide

High Court of Justice 10 oktober 2024, IEF 22306, LSR 226, IEFbe 3806 (Accord, Sandoz en Teva tegen Astellas). Accord, Sandoz en Teva hebben een nietigheidsprocedure gevoerd in het Verenigd Koninkrijk ten aanzien van Europees octrooi EP 1 893 196 B2 en een SPC SPC/GB13/079, ten name van The Regents of the University of California. Astellas Pharma Europe Ltd. was tevens gedaagd in deze procedure. Procedures over parallelle versies van deze rechten zijn aanhangig in andere landen, waaronder in Duitsland en in Nederland. De rechter in het Verenigd Koninkrijk is de eerste die uitspraak heeft gedaan over de nietigheidsargumenten die de generieken tegen deze rechten hebben aangevoerd en heeft deze verworpen. Het octrooi betreft de stof enzalutamide. Enzalutamide is voortgekomen uit een R&D-project van de universiteit van Californië om een betere behandeling voor prostaatkanker te vinden. Enzalutamide is zeer succesvol gebleken voor de levensverlengende behandeling van prostaatkanker.

LS&R 2257

Plerixafor-behandeling van Genzyme bij kankerpatiënten is niet octrooieerbaar

24 jan 2024, LS&R 2257; ECLI:EP:BA:2024:T125922.20240124 (Genzyme Corporation tegen Generics [UK] Limited c.s.), https://lsenr.nl/artikelen/plerixafor-behandeling-van-genzyme-bij-kankerpatienten-is-niet-octrooieerbaar

EOB 24 januari 2024, IEF 22258, IEFbe 3792, LS&R 2257; ECLI:EP:BA:2024:T125922.20240124 (Genzyme Corporation tegen Generics [UK] Limited c.s.). Genzyme Corporation (hierna: Genzyme) is de rechthebbende van een Europees octrooi ten aanzien van het gebruik van plerixafor. In het bijzonder gaat het om de toepassing daarvan in een behandeling van drie stappen voor kankerpatiënten die chemotherapie hebben ondergaan. De inschrijving van het octrooi is bestreden door zeven opponenten. In eerste aanleg wordt de oppositie afgewezen, maar een deel van de opponenten gaat nu in hoger beroep. Kort gezegd komt de oppositie erop neer dat het gebruik van plerixafor door Genzyme niet kan worden aangemerkt als nieuw in de zin van het Europees Octrooiverdrag. In beginsel hebben de opponenten gelijk: plerifaxor als middel bestaat al geruime tijd. Maar de vraag is of de behandeling van Genzyme desondanks kan worden aangemerkt als nieuwe toepassing van dit middel. Zo ja, dan geniet de behandeling octrooirechtelijke bescherming (art. 54 lid 2 EOV).

LS&R 2256

Octrooizaak LinXis wordt doorverwezen naar rechtbank Den Haag

19 aug 2024, LS&R 2256; ECLI:NL:RBAMS:2024:4733 (LinXis tegen gedaagde), https://lsenr.nl/artikelen/octrooizaak-linxis-wordt-doorverwezen-naar-rechtbank-den-haag

Rb. Amsterdam 19 augustus 2024 IEF 22229, LS&R 2256; ECLI:NL:RBAMS:2024:4733 (LinXis tegen gedaagde). LinXis is een biotechnologiebedrijf dat zich richt op de ontwikkeling van middelen voor de behandeling van levensbedreigende ziekten. Voor haar werkzaamheden heeft LinXis drie managementovereenkomsten gesloten met de vennootschap van gedaagde. LinXis heeft deze overeenkomsten later met onmiddellijke ingang opgezegd. Gedaagde stelt dat hij desondanks (mede-)uitvinder is en aanspraak maakt op een aantal producten/technologieën ten behoeve waarvan LinXis octrooiaanvragen heeft ingediend. LinXis is het daar niet mee eens. Zij verzoekt de rechtbank om voor recht te verklaren dat gedaagde geen uitvinder is van de producten in kwestie, nu hij daaraan geen uitvindersbijdrage zou hebben geleverd. Mocht dat toch wel het geval zijn, dan zou gedaagde al zijn rechten aan LinXis hebben overgedragen. Daarnaast vordert LinXis een verklaring voor recht dat gedaagde toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar contractuele verplichtingen en dat gedaagde onrechtmatig jegens LinXis heeft gehandeld. Gedaagde verzoekt om afwijzing van de vorderingen van LinXis. Volgens hem heeft hij een voor de uitvindersvraag relevante bijdrage geleverd aan de materie van de octrooien, wat hem mede-uitvinder zou maken. Verder betwist gedaagde dat hij schuldig zou zijn aan wanprestatie. Bovendien vordert gedaagde dat de rechtbank zich onbevoegd verklaart om van de vorderingen van LinXis kennis te nemen en dat zij de zaak integraal doorverwijst naar de rechtbank Den Haag. Het betreft namelijk een octrooikwestie, waarover de rechtbank Den Haag exclusief bevoegd is (zie art. 80 lid 1 sub b ROW). LinXis is het hier voor een gedeelte van de vorderingen mee eens. De rechter oordeelt dat de gehele zaak zal worden doorverwezen naar de rechtbank Den Haag, aangezien de vorderingen aan elkaar verknocht zijn. Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

LS&R 2252

Orchid Gardens maakt geen inbreuk op de octrooirechten van HE Licenties

14 aug 2024, LS&R 2252; ECLI:NL:RBDHA:2024:12900 (HE Licenties tegen Orchid Gardens c.s.), https://lsenr.nl/artikelen/orchid-gardens-maakt-geen-inbreuk-op-de-octrooirechten-van-he-licenties

Rb. Den Haag 14 augustus 2024, IEF 22196, LSR 2252; ECLI:NL:RBDHA:2024:12900 (HE Licenties tegen Orchid Gardens c.s.). Eiser in deze zaak is HE Licenties, een partij die octrooirechten exploiteert waarvan een ander de houder is. Deze octrooirechten beschermen een werkwijze voor het kleuren van orchideeën. Gedaagden (hierna: Orchid Gardens c.s.) zijn een aantal partijen die actief zijn in de bloemen- en plantenwereld. HE Licenties stelt dat Orchid Gardens c.s. door het verhandelen van bepaalde gekleurde orchideeën inbreuk maakt op de octrooien die zij mag handhaven. Zij vordert primair dat gedaagden de inbreuk stopzetten. Orchid Gardens c.s. stelt hiertegenover dat de octrooien die HE Licenties inroept niet geldig zijn, omdat de daaraan onderhavige orchideeën niet nieuw zijn: deze zouden in het verleden al zijn gebruikt door derde partijen. Daarnaast stelt Orchid Gardens c.s. dat HE Licenties onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld, door de octrooien in te roepen tegenover afnemers van Orchid Gardens c.s. en door in kort geding conservatoire beslagen te laten leggen ten laste van Orchid Gardens c.s.

LS&R 2250

Alternatieve visolie-behandeling voor kanker is octrooieerbaar

24 apr 2024, LS&R 2250; ECLI:EP:BA:2024:T105722.20240424 (Smartfish tegen Nutricia), https://lsenr.nl/artikelen/alternatieve-visolie-behandeling-voor-kanker-is-octrooieerbaar

EOB 24 april 2024, IEF 22188, LS&R 2250; ECLI:EP:BA:2024:T105722.20240424 (Smartfish tegen Nutricia). Appellant is Smartfish AS (hierna: Smartfish), de exploitant van Nutrifriend: een mengsel van onder andere visolie dat kan worden gebruikt voor de behandeling van kanker. Hiervoor heeft appellant een octrooi verkregen. De oppositieafdeling van het Europees Octrooibureau (hierna: EOB) heeft dat octrooi later weer ingetrokken wegens gebrek aan nieuwheid, op verzoek van opponent N.V. Nutricia (hierna: Nutricia). Daartegen gaat Smartfish in beroep. Smartfish gebruikt deze mogelijkheid om de omvang van haar octrooi in te perken: Nutrifriend zou nu enkel nog dienen voor de behandeling van alvleesklierkanker en neurologische kanker. Nutricia stelt dat Smartfish te laat is met haar wijziging, maar de Kamer van Beroep (hierna: KvB) van het EOB staat de wijziging toe en zal haar oordeel daarop baseren. Verder voert Nutricia aan dat niet is bewezen dat Nutrifriend de door Smartfish beweerde effecten heeft. Al zou het mengsel die effecten wel hebben, dan is onduidelijk of dat door de beschermde substantie van Smartfish komt of door de tal van andere (bioactieve) stoffen die zich in het mengsel bevinden.

LS&R 2249

eOx International c.s. en verweerders in het nauw gedreven: het hof veronderstelt onterechte ontlening aan ATSSE-mengsel

23 jul 2023, LS&R 2249; ECLI:NL:GHDHA:2023:2922 (eOx International c.s. tegen ATSSE en ATSSE tegen verweerders), https://lsenr.nl/artikelen/eox-international-c-s-en-verweerders-in-het-nauw-gedreven-het-hof-veronderstelt-onterechte-ontlening-aan-atsse-mengsel

Hof Den Haag 25 juli 2023, IEF 22185, LS&R 2249; ECLI:NL:GHDHA:2023:2922 (eOx International c.s. tegen ATSSE en ATSSE tegen verweerders). Het hof behandelt hier gelijktijdig twee zaken die, kort samengevat, als volgt in elkaar steken. ATSSE heeft een formule ontwikkeld voor het maken van een chloordioxideoplossing. Deze formule heeft zij onder een geheimhoudingsverplichting in licentie gegeven aan een zustervennootschap van eOx International. De Belgische rechter heeft de zustervennootschap onherroepelijk veroordeeld tot betaling van contractuele boetes aan ATSSE, vanwege schending van de geheimhoudingsplicht. De boetes zijn echter nooit betaald en de zustervennootschap is inmiddels ingebracht in eOx International via een activa-/passivatransactie. ATSSE houdt appellanten in de eerste zaak (hierna: eOx International c.s.) en verweerder 1 en 2 (tezamen hierna: verweerders) in de andere zaak aansprakelijk voor het niet kunnen incasseren van de boetes. Bovendien verwijt zij eOx International c.s. en verweerders onrechtmatige betrokkenheid bij de verkoop van een chloordioxideproduct, dat ontleend zou zijn aan de formule van ATSSE. ATSSE eist hiervoor schadevergoeding en een verbod op verdere verkoop van het chloordioxideproduct. De vorderingen van ATSSE zijn in eerste aanleg door de rechtbank deels toegewezen [zie IEF 20357]. Zowel ATSSE als eOx International c.s. gaan daartegen in hoger beroep.

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 11 - 20 van 31