Artikel ingezonden door Willem Hoyng, HOYNG ROKH MONEGIER.
Willem Hoyng: de rechtbank is de weg kwijt!

Bijna een jaar na de pleidooien (gevolgd door een aktewisseling in juli 2018) wijst de rechtbank Den Haag op 19 juni jl. een vonnis in de pemetrexed zaak [IEF 18534] (Eli Lilly vs Fresenius).
Een paar korte opmerkingen:
1. De rechtbank wijst de vordering van de octrooihouder af en volgt niet het vonnis in kort geding (gewezen door een ervaren senior rechter en bevestigd door een kamer met drie ervaren octrooirechters van het Hof in een zeer uitgebreid gemotiveerd arrest) (Iedereen weet ook dat de behandeling in kort geding in octrooizaken bij het Hof de facto in wezen niet afwijkt van een bodemprocedure).
2. De rechtbank wijkt bovendien af van alle uitspraken die in de parallelle zaken in het buitenland zijn gewezen (waarbij uitspraken van de hoogste rechters in Engeland en Wales, Duitsland en Zwitserland). Aan die uitspraken wordt geen woord vuil gemaakt laat staan uitgelegd waarom die uitspraken onjuist zijn. Er wordt alleen verwezen naar het vonnis (in eerste instantie) van mr. Justice Arnold ter ondersteuning van de stelling van de rechtbank dat wanneer in de verleningsprocedure de octrooihouder zijn conclusie beperkt hij altijd aan (de letter van) die beperking gebonden is (ook dus in een situatie waarbij het voor een derde duidelijk is dat die beperking is opgenomen om aan de formele vereisten (zoals art. 123 lid 2 of 84 EOV) te voldoen en niet omdat de oorspronkelijke conclusie te breed is en derhalve (deels) nietig vanwege gebrek aan nieuwheid en/of inventiviteit). Wat de rechtbank niet vermeld is dat die opvatting van Arnold door het UK Supreme Court is verworpen!
Toelichting Gedragscode Geneesmiddelenreclame geactualiseerd

Jaarlijks wordt de Toelichting op de Gedragscode Geneesmiddelenreclame geactualiseerd. In de nieuwsbrief van de Stichting CGR worden de wijzigingen die per 1 juli 2019 in werking treden, nader toegelicht. De wijzigingen zelf zijn in de bijlage bijgevoegd en worden per 1 juli 2019 in de Code geïntegreerd.
Gerard Schouw: Ronde tafel over apothekersbereidingen

Vanuit het Binnenhof komen verontrustende geluiden. De minister van Medische Zorg geeft signalen af dat hij het octrooirecht wil uithollen. Een dwaling? Het zou goed zijn als de Tweede Kamer haar taak stevig oppakt en hierover een ronde tafel organiseert. Lees verder op de website van de Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen.
Uitspraak ingezonden door Paul Reeskamp, Marijn van der Wal en Johan Renes, DLA Piper.
Beschermingsomvang octrooi is beperkt tot gebruik van pemetrexed disodium

Rechtbank Den Haag 19 juni 2019, IEF 18534, LS&R 1717; ECLI:NL:RBDHA:2019:6107 (Pemetrexed) Eli Lilly tegen Fresenius Kabi. Anders dan het Hof Den Haag in de kort geding procedure [IEF 17690] en verschillende buitenlandse rechters, oordeelt de rechtbank dat de beschermingsomvang van het octrooi beperkt is tot het gebruik van pemetrexed disodium en dus dat het door Fresenius gebruikte pemetrexed tromethamine buiten de beschermingsomvang valt. De rechtszekerheid dient te prevaleren boven een ruime beschermingsomvang, gelet op onder meer de volgende – in onderling verband te beschouwen - omstandigheden:
- het verleningsdossier waarin een bewuste keuze is gemaakt voor pemetrexed disodium
- het tijdens verlening berusten in een tot pemetrexed disodium beperkte claim
- de omschrijving die wel andere ruimere definities bevat, bijvoorbeeld van vitamine B12
- het feit dat Lilly een deskundige octrooiaanvrager is ( want een farmaceutische grootmacht)
- equivalente zouten tijdens de prioriteitsdatum voor de vakman voorzienbaar waren.
Onder deze omstandigheden staat naar het oordeel van de rechtbank de rechtszekerheid ook in de weg aan aanvullende bescherming onder het equivalentie bereik. Afwijzing van de vorderingen van Lilly met veroordeling in de proceskosten ad € 400.000.
Berisping vanwege gegevensuitwisseling Bemoeizorg

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 13 juni 2019, IEF 18530, IT&R 2801, LS&R 1716; ECLI:NL:TGZREIN:2019:36 (Klaagster tegen verpleegkundige Bemoeizorg) Tuchtrecht. Gegevensuitwisseling. Privacy. Berisping. Klaagster is door de woningbouwvereniging aangemeld bij Bemoeizorg wegens vreemd gedrag. Verpleegkundige heeft klaagster toegewezen gekregen als cliënte. Tussen klaagster, de verpleegkundige en derden hebben gesprekken plaatsgevonden en op basis daarvan is een aanmeldingsformulier gemaakt. In dit formulier staan gegevens van klaagster, waaronder een diagnose, die zijn uitgewisseld met de gemeente. Klaagster stelt dat de verpleegkundige zich niet aan zijn geheimhoudingsverplichting heeft gehouden en haar privacy heeft geschonden. De verpleegkundige stelt dat er geen vertrouwelijke gegevens zijn uitgewisseld. De klacht wordt gedeeltelijk gegrond verkaard. Bemoeizorg krijgt maatregel van berisping opgelegd.
Reactie CGR op internetconsultatie initiatiefwetsvoorstel Wet Transparantieregister Zorg

De Stichting Code Geneesmiddelenreclame heeft gereageerd op de internetconsultatie m.b.t. het initiatiefwetsvoorstel van Lilianne Ploumen (PvdA) voor de Wet Transparantieregister Zorg. In de reactie wordt een toelichting gegeven op de ontstaansgeschiedenis van het huidige Transparantieregister Zorg, op de mogelijkheden van zelfregulering en wetgeving en op het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer en op het respect van een privéleven van individuele zorgverleners. Vervolgens is ingegaan op de inhoud van het initiatiefwetsvoorstel.
IE Zomerforum over 'schuld en boete' op 27 juni

Drie stellingen, drie panels, volgens jaarlijkse traditie: het IE zomerforum van deLex, onder leiding van Dirk Visser. Dit jaar met een eeuwenoud thema dat actueel lijkt te worden in het auteursrecht: schuld en boete.
Stelling 1: “Fotoauteursrecht en de schadeclaim-industrie: een onvoorspelbare markt, maar is er een oplossing?”
Met een toename van zoektochten door fotografen en advocaten naar inbreukmakende foto’s op het internet neemt ook het aantal schadevergoedingszaken toe.
AG concludeert tot verwerping cassatie nu inventiviteit wel is aan te nemen
Conclusie AG HR 10 mei 2019, IEF 18519, LS&R 1713; ECLI:NLPHR:2019:608 (Sandoz tegen AstraZenenca) Octrooirecht. Tweede medische indicatie. In dit kort geding staat de vraag centraal of voorliggend octrooi van AstraZeneca geldig is. Zowel voor de rechtbank als voor het hof (zie IEF 18122 en LS&R 16674) bleef het octrooi in stand. In cassatie speelt enkel nog de inventiviteitsvraag. De conclusie van de AG strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
Registratiedossier geneesmiddel is geen databank

Rechtbank Midden-Nederland 14 mei 2019, IEF 18489, LS&R 1711; ECLI:NL:RBMNE:2019:2221 (X tegen CBG) Wob. Auteurswet. Geneesmiddelenwet. Databankenwet. Derde-partij heeft verweerder verzocht om openbaarmaking van het registratiedossier van geneesmiddel Y. Eiseres verzet zich hiertegen en voert aan dat verweerder openbaarmaking van het registratiedossier integraal had moeten weigeren, omdat er rechten van intellectuele eigendom op rusten en Auteurswet (Aw), Databankenwet (Dw) en Geneesmiddelenwet (Gmw) een uitputtende openbaarmakingsregeling bevatten die aan openbaarmaking op grond van de Wob in de weg staan. De Geneesmiddelenwet en Auteurswet bevatten geen uitputtende openbaarmakingsregeling. Het registratiedossier is geen databank. CBG heeft artikel 10, lid 2, g, van de Wob juist toegepast door alleen de wetenschappelijke conclusies van de vergunninghouder in het registratiedossier bij de aanvraag van de handelsvergunning niet openbaar te maken. Geen integrale geheimhouding van het registratiedossier. Onevenredige benadeling bij gedeeltelijke openbaarmaking van het registratiedossier (bibliografische aanvraag) is niet aannemelijk.
Verbod Staat om medicinale hennepplanten in beslag te nemen

Hof Den Haag 24 mei 2019, LS&R 1710; ECLI:NL:GHDHA:2019:1259 (Staat der Nederlanden tegen X) Verbodvordering tegen de Staat om voor zelfmedicatie bedoelde hennepplanten in beslag te nemen. Geïntimeerde X heeft Asperger, een vorm van autisme. De advocaat van X heeft het OM per brief toestemming gevraagd tot het kweken van 51 cannabisplanten voor medicinaal gebruik. De toestemming is geweigerd. De voorzieningenrechter heeft in eerdere uitspraak overwogen dat het OM in redelijkheid niet tot de afwijzing kon komen, onder meer omdat er nooit klachten waren van buren, X de planten al jaren kweekt; de kweekinstallatie is gekeurd en de levensbedreigende depressie die zonder hennepgebruik op de loer ligt. Het hof bekrachtigt de uitspraak.