27 jun 2023
Verzoeker krijgt geen bijzondere bijstand voor homeopathische middelen
Centrale Raad van Beroep 27 juni 2023, LSR 2204; ECLI:NL:CRVB:2023:1648 (Verzoeker/College Bergen op Zoom) Bestuursrecht. De Centrale Raad van Beroep oordeelt in deze zaak over het beroep van verzoeker. Deze heeft een aanvraag voor bijzondere bijstand voor de kosten van homeopathische middelen op grond van de Participatiewet gedaan, welke is afgewezen. Tussen de partijen is in geschil of er zeer dringende redenen zijn om deze bijzondere bijstand te verlenen. De rechtbank heeft het beroep tegen het besluit ongegrond verklaard. Verzoeker vordert bij de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter oordeelt over de stelling van verzoeker. Deze geeft aan dat hij zonder de homeopathische middelen een vergrote kans heeft op psychoses en dat hij in een acute noodsituatie dreigt te komen. De voorzieningenrechter gaat hier niet in mee, omdat verzoeker niet degelijk heeft onderbouwd dat hij in een acute noodsituatie komt als hij de bijstand niet krijgt. Verzoeker heeft wel onderbouwd dat hij gebaat is bij de homeopathische middelen. Ook weegt de rechter mee dat verzoeker weigert mee te werken aan een extra onderzoek door een psychiater. De voorzieningenrechter bekrachtigt de uitspraak van de rechter en wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
5.2.4 Uit deze stukken is af te leiden dat verzoeker mogelijk is gebaat bij gebruik van de homeopathische middelen, vooral de CBD-olie. Het college heeft dat ook niet ontkend. Maar hiermee is nog niet aannemelijk dat de door verzoeker gestelde acute noodsituatie werkelijk dreigt als hij de middelen niet gebruikt. De stukken van de huisarts zijn gedateerd, ook afgezet tegenover de datum van de aanvraag. Zonder nadere toelichting is niet duidelijk of de informatie nog actueel is. Verzoeker heeft geen recentere medische informatie overgelegd. De verklaring van verzoeker, die is medeondertekend door R. Bijl is wel vrij recent, maar R. Bijl is geen arts en ook deze verklaring is niet onderbouwd. Uit de informatieve artikelen die verzoeker heeft overgelegd blijkt niet dat het gebruik van de homeopathische middelen, in het bijzonder CBD-olie, voor verzoeker noodzakelijk is. Deze artikelen bevatten algemene informatie die alleen als achtergrondinformatie kan dienen. Dit geldt ook voor het interview met D. Bijl en het artikel van 5 september 2018. De verklaring van de familieleden is niet te zien als objectief en ook die verklaring is niet onderbouwd met enig controleerbaar gegeven.