Het Groene Hart Ziekenhuis aansprakelijk door niet adequate reactie op complicaties
Rechtbank Rotterdam 19 februari 2016, LS&R 1271; ECLI:NL:RBROT:2016:1327 (Verzoekster tegen Stichting Groene Hart Ziekenhuis)
Medische aansprakelijkheid. Verzoekster is geopereerd in het Groene Hart Ziekenhuis. Nadat er complicaties zijn opgetreden is verzoekster overgeplaatst en geopereerd in het Medisch Centrum Haaglanden, waarnaar zij een partiële dwarslaesie heeft opgelopen. Het rapport van de orthopedisch chirurg kan worden gebruikt bij de beoordeling van de aansprakelijkheid, met uitzondering van het oordeel over de termijn. De rechtbank oordeelt dat het Groene Hart Ziekenhuis toerekenbaar is tekortgeschoten in de nakoming van de behandelingsovereenkomst door niet adequaat te reageren op de complicaties die zijn ontstaan na de operatie. Het Groene Hart Ziekenhuis is verplicht de geleden schade te vergoeden.
4.12. Op grond van het voorgaande concludeert de rechtbank dat er geen zwaarwegende bezwaren zijn tegen het gebruik van het rapport van [orthopedisch chirurg] bij de verdere beoordeling van aansprakelijkheid en eventuele schadeafwikkeling, met uitzondering van het oordeel over de termijn (van twee tot vier uur) waarbinnen volgens [orthopedisch chirurg] ingegrepen had moeten worden in het geval van een epidurale bloeding. Partijen zijn, op dat onderdeel na, dus aan de rapportage van [orthopedisch chirurg] gebonden. Hierover zal een verklaring voor recht worden gegeven. De rapportage zal dan ook hieronder bij de beoordeling van de aansprakelijkheid als uitgangspunt worden genomen.
4.25. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat het Groene Hart Ziekenhuis jegens [verzoekster] toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de behandelingsovereenkomst door niet adequaat te reageren op de complicatie die zich op 21 oktober 2008 bij [verzoekster] voordeed. Het Groene Hart Ziekenhuis is dientengevolge verplicht de schade te vergoeden die [verzoekster] als gevolg hiervan heeft geleden.