Groothandel klaagt over handhaven bij afnemers van verboden biocide
Vzr. Rechtbank Den Haag 15 juli 2014, LS&R 998 (Haveco tegen Staat der Nederlanden)
Kort geding. Geschil tussen groothandel en Inspectie van Leefomgeving en Transport over op de markt brengen van producten die door de inspectie (volgens eiser: ten onrechte) als verboden biociden worden aangemerkt en het handhavingsbeleid van de inspectie terzake. Volgens eiser handelt de Staat onrechtmatig jegens haar door niet vooraf te handhaven – door het opleggen van een verbod tot verkoop onder bestuursdwang –, doch slechts achteraf een boete op te leggen en wel al waarschuwingen naar de afnemers van eiser te sturen. De inspectie benadert hiermee reeds de afnemers van eiser en deelt hen mede dat eiser een verboden biocide op de markt brengt voordat jegens eiser een formele handhavingsbeslissing is genomen waartegen rechtsbescherming open staat. De voorzieningenrechter overweegt dat het de inspectie vrijstaat handhavend op te treden, zowel tegen eiser als tegen haar afnemers. Die afnemers brengen immers ook mogelijk verboden biociden op de markt. De wijze waarop en de middelen waarmee wordt gehandhaafd vallen onder de beleidsvrijheid van de inspectie, ook als de inspectie er daarbij voor kiest jegens eiser anders op te treden dan jegens haar afnemers.
Lees verder