DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op dinsdag 14 januari 2014
LS&R 801
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Definitie slachthuis in Verordening

Hof Den Haag 2 juli 2013, ECLI:NL:GHDHA:2013:4678 (Ekro tegen De Staat/Ministerie ELI/VWA)
Watershed Post https://www.flickr.com/photos/watershedpost/Food Law. Vraag of slachterij voldoet aan Verordening (EG) Nr. 853/2004 door een bepaalde verwerkings- en transportmethode te volgen.

Rechtbank Den Haag 6 juli 2011, ECLI:NL:RBSGR:2011:BU1554 (Ekro tegen Ministerie LNV)
In deze zaak komt allereerst de vraag aan de orde of koelwagens die zich op het terrein van een slachthuis bevinden vallen onder de definitie van 'slachthuis' in Verordening 853/2004. Tevens komt aan de orde of de door Ekro gehanteerde koelprocedure, waarbij karkassen worden doorgekoeld in op het terrein van het slachthuis geplaatste koelwagens, in overeenstemming is met de voornoemde Verordening. Tot slot wordt geoordeeld over de vraag of de Voedsel en Waren Autoriteit onrechtmatig jegens Ekro heeft gehandeld door over te gaan tot strikte controle en handhaving van de Europese regelgeving.

5.7. Concluderend stelt de rechtbank vast dat een redelijke uitleg van de Verordening meebrengt dat onder de definitie 'slachthuis' van die verordening niet vallen de op het terrein van een levensmiddelenbedrijf geplaatste koelwagens. De primair gevorderde verklaring voor recht wijst de rechtbank af.
Is de koelprocedure van Ekro in overeenstemming met Verordening?
5.16. Gezien het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat een redelijke uitleg van de communautaire regelgeving, zoals voorgestaan door het Hof van Justitie EU, niet kan leiden tot het oordeel dat de door Ekro beoogde koelprocedure daarmee in overeenstemming is. De door Ekro gevorderde subsidiaire verklaring voor recht dat het koelen in koelwagens op het terrein van Ekro in overeenstemming is met het doel en de strekking van de temperatuurnorm van Bijlage III, Sectie I, hoofdstuk VII, onder 1. van de Verordening wordt afgewezen.

Heeft de VWA onrechtmatig jegens Ekro gehandeld?
5.18. Naar het oordeel van de rechtbank blijkt uit de door Ekro in het geding gebrachte producties niet dat de RVV, en later de VWA, de koelprocedure, zoals opgenomen in het handboek van Ekro uitdrukkelijk hebben geaccordeerd of daarmee hebben ingestemd. Maar zelfs wanneer de RVV en later de VWA tot oktober 2009 zouden hebben ingestemd met de door Ekro gehanteerde koelprocedure, staat het de VWA vrij om van dat besluit terug te komen op de wijze zoals zij dat heeft gedaan. De Europese regelgeving eist dat de VWA strikt controleert en handhaaft. De VWA heeft de wijziging van haar beleid - zo daar al sprake van was - bij brief van 17 juli 2009 aan alle Nederlandse roodvleesslachterijen, waaronder Ekro, medegedeeld. De roodvleesslachterijen is vervolgens een termijn van drie maanden gegund om passende maatregelen te nemen. Mede gelet op het feit dat Ekro in staat is gebleken binnen deze termijn haar bedrijfsvoering desgewenst zo aan te passen dat deze in overeenstemming is met het door de VWA gevoerde beleid, is de strengere handhaving door de VWA dan ook niet onrechtmatig jegens Ekro.