Conclusie AG inzake substanties die enkel fysiologische functies van de mens wijzigen
Conclusie AG HvJ EU 12 juni 2014, gevoegde zaken C-358/13, C-181/14 (D en G) - dossier
Definitie geneesmiddel. Uitlegging van artikel 1, punt 2, van [richtlijn 2001/83/EG betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik] – Begrip geneesmiddel – Eventuele opneming van synthetische cannabinoïden (zogenaamde „legal high” producten). Uit het persbericht: According to Advocate General Bot, products consisting of aromatic herbs and synthetically produced cannabinoids and which are sold exclusively for recreational purposes are not medicinal products In order to be classified as a medicinal product, a substance or combination of substances must be intended to prevent or treat an illness. Conclusie AG:
La notion de «médicament», visée à l’article 1er, point 2, sous b), de la [directive 2001/83/CE], doit être interprétée en ce sens qu’elle ne recouvre pas une substance ou une composition telle qu’une préparation à base de plantes aromatiques et de cannabinoïdes de synthèse, capable de modifier des fonctions physiologiques chez l’homme, mais dont l’administration, à des fins purement récréatives, n’est destinée ni à prévenir ni à guérir une pathologie.
Gestelde vraag:
Moet artikel 1, punt 2, sub b, van richtlijn 2001/83/EG van 6 november 20011 , zoals gewijzigd bij richtlijn 2004/27/EG van 31 maart 20042 , aldus worden uitgelegd dat enkelvoudige of samengestelde substanties in de zin van deze bepaling die de fysiologische functies van de mens enkel wijzigen – en dus niet herstellen of verbeteren – , enkel dan kunnen worden geacht een geneesmiddel te zijn indien zij therapeutisch nuttig zijn of in ieder geval een positieve invloed hebben op de lichaamsfuncties? Vallen bijgevolg enkelvoudige of samengestelde substanties die louter wegens hun – roesopwekkende – psychoactieve werking worden geconsumeerd en daarbij stellig de gezondheid in gevaar brengen, niet onder het in de richtlijn bedoelde begrip geneesmiddel?